Een formule van een sinusoide opstellen Bij een sinusoide moet je een formule kunnen opstellen.
|
Uitwerking opdracht 1 Kijk eerst naar het hoogste en laagste punt. Je weet dan de evenwichtsstand en de amplitude:
We zien: a=2 en b=1,5 |
Opdracht 1
|
Uitwerking opdracht 1 vervolg Kijk dan naar de periode en t0:
We zien T=3, dus c=$\frac{2\pi}{3}$ en t0=2. De formule wordt:
|
Opdracht 2
|
Uitwerking opdracht 2 $ \large h(t) = a + b \cdot \sin \left( {c\left( {t - d} \right)} \right) $
$ |
Opdracht 3 Stel een formule op van de vorm $y=a+b·\cos(c(x-d)$ |
Uitwerking opdracht 3
$ |
Opdracht 4
|
Uitwerking opdracht 4
$ |
Opdracht 5 Gegeven is $f(x)=3sin(x)+2sin(x-\frac{1}{2}\pi)-1$ Schrijf met behulp van je GR $f$ in de vorm $y=a+bsin(c(x-d))$. Rond, zo nodig, af op 2 decimalen. |
Uitwerking opdracht 5
$y=-1+3,61·sin(x-0,59)$ |
Opdracht 6 Geef de evenwichtslijn, amplitude, periode en horizontale verschuiving van f: $f(x)=3\sin(4x-1)+5$ |
Uitwerking opdracht 6 Zorg dat je de standaardformule gebruikt. Schrijf de functie als: $f(x)=a+b·\sin(c(x-d))$ Bij dit voorbeeld wordt dat: $f(x)=5+3·\sin(4(x-\frac{1}{4}))$
|
Opdracht 7 Op de kermis staat ‘n reuzenrad. Op ‘t hoogste punt is ‘n bakje 20 m boven de grond. Het rad maakt 2 omw/min. Op ‘t tijdstip t = 0 is ‘t bakje beneden.
|
Uitwerking opdracht 7
Evenwichtsstand=$10$ Na 10 seconden bevindt 't bakje zich op 15 meter hoogte. |