Opgave 1 Van een rechthoekig terrein is de lengte 5 meter meer dan de breedte. De oppervlakte is 150 m2.
|
|
Opgave 2 Van een rechthoekig terrein is de omtrek gelijk aan 120 m. De lengte is twee keer zo groot als de breedte.
|
|
Opgave 3 Neem 's aan dat je 200 m prikkeldraad hebt.
|
|
Opgave 4 Hieronder zie je het trapezium ABCD met twee rechte hoeken.
|
|
Opgave 5 Hieronder zie je het trapezium ABCD nog een keer.
|
|
Opgave 6 Drie zijden van een gelijkbenig trapezium zijn 10 cm lang.
|
|
Opgave 7 In een balk ABCD.EFGH is de lengte twee keer zo groot als de breedte. De hoogte is drie keer zo groot als de breedte.
|
|